De jonge leraar wilde graag leren van haar doorgewinterde mentor, niet alleen in de klas maar op het gebied van vleselijke kennis. Ze was altijd in de ban geweest van zijn volwassen charme en wist dat hij haar veel te leren had buiten de academische wereld. Toen ze zich terugtrokken in zijn gezellige verblijf voor een les, kon ze de aantrekkingskracht van zijn ervaren aanraking niet weerstaan. De hitte tussen hen ontstak een vurige passie, wat leidde tot een hete ontmoeting. Gewillig gaf ze haar jeugdige verlangens over, bezwijkend voor zijn bekwame avances. Haar gladde, ongerepte schat was het object van zijn verlangen en hij werd in de diepte ervan geroerd. Zijn seizoens tong zond genotsgolven door haar heen, haar verlatend voor meer plezier. Het verlangen naar hem, hun sterkte, hun hartstochten, hun bewogen in een sterk ritme, hun beweeglijke liefde werd vervuld en beiden werden bevredigd. De liefde die ze beiden hadden vervuld, vervulde en vervulde hun ritme.