In het heetst van de middag merkte ik dat ik een onverzadigbaar verlangen had naar de aanraking van mijn stiefbroers. Ik had gesmacht naar zijn aandacht en de voldoening die alleen hij kon bieden. Zodra hij thuiskwam van zijn werk, verspilde ik geen tijd aan het onthullen van mijn verlangens. Ondanks zijn aanvankelijke verbazing bezweek hij aan mijn verleiding, ritste zijn broek open en liet me hem opnemen. Onze relatie is misschien niet conventioneel, maar onze dagelijkse routine is allesbehalve gewoon. Elke middag geven we ons over aan onze vleselijke verlangens, elkaars lichamen verkennend met een vurigheid die alleen de jonge caner moet hebben. Zijn sterke handen en bekwame mond maken me wild, me verlangend naar meer ontmoetingen. Onze verlangens zijn een begrip voor onze onbetamelijke chemie en onweerstaanbare chemie tussen ons. Elke rit is een ritje tussen ons, geen chemie, een genot dat onze gedeelde liefde is, een poging om onze gedeelde intensiteit te delen. Onze liefde is een gebod om te delen.